Al in het ver achter ons liggende jaar 1494 was de schilder Albrecht Dürer in de ban geraakt van de betovering van Klausen. Vandaag behoort dit romantische stadje tot één van de mooiste plekjes in Zuid-Tirol. Een bewijs daarvan is dat het stadje door de eeuwen heen niets aan charme ingeboet heeft.
Weelderig versierde huizen, met hun gevels met heel veel ramen waarlangs de klimop zich omhoog slingert, drukken hun stempel op dit fraaie oude stadje, dat tot de prachtigste stadjes van Italië wordt gerekend. Hier vindt u ook de Mesnertoren (de toren van de koster), het hoog boven Klausen uittorende Benedictijnenklooster van Säben, het in de buurt gelegen Brixen – cultuur en geschiedenis zijn in het kunstenaarsstadje aan de Eisack uw vaste metgezellen. Rondom deze en andere cultuurschatten verleidt een bijzonder afwisselend natuurlandschap tot wandelen. Als “Tal der Wege“ (dal der wegen) lokt het Eisacktal met een bont palet aan berg- en wandelroutes. Gezinnen met kinderen voelen zich hier net zo goed als gepassioneerde bergbeklimmers.
Behalve kunst, geschiedenis en sport verwent Klausen u met culinaire strelingen voor de tong. In de herfst bruist het stadje tijdens het “Gassltörggelen“ feest waarmee het Törggelen-seizoen wordt ingeluid. Zelfgemaakte schlutzkrapfen (Tiroolse ravioli gevuld met kaas en spinazie), gerstesoep, knoedels (bollen van brooddeeg) met “surfleisch”, gepekeld varkensvlees, een specialiteit van deze streek, de geur van gepofte kastanjes, die hier in de volksmond „Keschtn“ worden genoemd, met een glas jonge wijn erbij – de fijnproevers onder u zullen grote ogen opzetten.